MediConnect

 

Aantal no shows in ggz stijgt; ze kosten Parnassia Groep 28 miljoen euro

Het aantal no shows van ggz-cliënten stijgt; het percentage ligt dit jaar op 3 à 5 procent, blijkt uit een rondvraag van Zorgvisie langs grote en kleine ggz-aanbieders verspreid over het land. Het kost ggz-instellingen jaarlijks vele miljoenen euro’s. Alleen al Parnassia Groep verwacht dit jaar een schade van 28 miljoen euro. Lentis: “No show is een omvangrijk probleem.”

Van de 24 benaderde instellingen wilden acht deze cijfers delen. Op twee organisaties na zien ze een toename van het aantal no shows. Van no show is sprake als cliënten niet op een afspraak komen of minder dan 24 uur van tevoren afzeggen voor een behandeling, intake of consult. Vooral mensen met een ernstige psychiatrische aandoening (EPA) en persoonlijkheidsstoornis (zoals angststoornis) of blijven weg, melden de meeste ggz-instellingen.

No shows zijn duur. De grootste ggz-organisatie in Nederland Parnassia Groep had in 2022 een no show-percentage van 4,3 procent, dus 4,3 procent van de ambulante contacten gingen niet door. Dat kostte toen 20 miljoen euro. Omdat dit jaar nog meer mensen wegblijven – 5,9 procent tot en met augustus – lopen de kosten verder op. “Als dit blijft doorzetten, komen we uit op 28 miljoen euro”, aldus een woordvoerder.

Ongeveer 130 euro omzet missen

Bij Lentis stijgt het percentage no shows van 2,7 procent in 2021 naar 3,2 procent vorig jaar. Bij deze ggz-aanbieder bleven vorig jaar 11.000 cliëntcontacten uit: ze lieten niets van zich horen of meldden zich te laat af. Dat kostte Lentis naar schatting 1,4 miljoen euro, aldus een woordvoerder. Als een sessie van een uur niet doorgaat, mist een ggz-instelling ongeveer 130 euro omzet, schat GGZ Noord-Holland Noord.

Bij GGZ Noord-Holland is het aantal no shows erg hoog. De organisatie kan niet zeggen om welk percentage het gaat, maar meldde dat afgelopen jaar 28.400 contacten niet doorgingen. No shows kosten GGZ Noord-Holland jaarlijks een miljoen euro.

Toenemend financieel probleem

Bij Altrecht is het no show-percentage 5 procent. De organisatie kan niet nauwkeurig berekenen hoeveel geld dit kost, “maar het is wel een toenemend financieel probleem”, aldus een woordvoerder. “In de oude dbc-bekostiging werd indirecte cliënttijd ook betaald. Bij een no show kon een zorgprofessional vervangende activiteiten doen.”

Het tij keren

Het aantal no shows loopt op, terwijl de ggz-sector toch veel moeite doet om het tij te keren. Zoals Parnassia Groep. Dat wil altijd “op zeer korte termijn in gesprek komen met de cliënt” om de behandeling weer op te pakken, zegt een woordvoerder. Daarbij wordt telkens een inschatting gemaakt van de urgentie, “om adequaat te kunnen handelen in risicosituaties”. Echter: “Ondanks al onze acties en maatregelen per doelgroep, weten we niet wat er is veranderd in het gedrag van cliënten.”

Opkomst is essentieel voor behandeling

De ggz-sector zit ook met een zorginhoudelijk probleem door de no shows: “Het commitment van de cliënt aan de behandeling door het nakomen van afspraken is van grote invloed op het resultaat”, zegt Parnassia Groep: “Veel behandelingen hebben een optimale frequentie nodig om optimaal effectief te zijn. Door uitgevallen afspraken kan het resultaat uitblijven of langer op zich laten wachten.”

Terugdringen wachtlijsten

Bij de andere benaderde ggz-instellingen zijn de ervaringen ongeveer hetzelfde, zoals bij GGZ inGeest, GGZ Friesland en Yulius. Yulius benadrukt het belang van een hoge opkomst voor het terugdringen van de wachtlijsten: “In een tijd waarin de vraag naar geestelijke gezondheidszorg blijft toenemen en sprake is van grote krapte op de arbeidsmarkt, drukken no shows extra op de beperkt beschikbare behandelcapaciteit. Met verdere gevolgen voor de wachttijden.”

Boete voor cliënt

De meeste ggz-instellingen die hebben gereageerd op de vragen van Zorgvisie rekenen een boete als patiënten wegblijven. Bij GGZ inGeest is die 50 euro. De meeste zorgmerken binnen Parnassia Groep brengen 45 euro in rekening voor een fysieke afspraak en 16,25 euro voor het niet-nakomen van een groepssessie of telefonisch consult.

Ggz-instellingen sturen niet altijd een nota, bijvoorbeeld bij een crisissituatie of bij een intake-gesprek – omdat cliënten mogelijk niet op de hoogte zijn van de boeteregeling. Onder meer GGZ Friesland legt geen boete op, omdat cliënten vaak geldproblemen hebben en een geldstraf “juist ook een aanjager van psychische problematiek kan zijn”.

Terugdringen van no show

Ggz-instellingen proberen de no shows ook op andere manieren terug te dringen. GGZ Friesland heeft onlangs het beleid op dat punt aangescherpt: als iemand drie keer in drie maanden niet komt opdagen zetten de Friezen de behandeling stop. Lentis plant meer groepsconsulten, zodat een no show minder impact heeft.

Herinneren

Altrecht heeft vorig jaar een Dutch Hacking Health-team opgericht dat zich over het probleem heeft gebogen. Uitkomst was dat de ggz-instelling meer naar “individuele en passende oplossingen moet kijken”. Cliënten van Altrecht worden nu op verschillende manieren herinnerd aan een afspraak. Het Altrecht-team concludeerde ook dat meer met cliënten hun eventuele angst moet worden besproken en mogelijk gebrek aan vertrouwen in de therapie.

No shows aanpakken werkt

GGZ Noord-Holland-Noord heeft dit jaar maatregelen genomen om no shows terug te dringen. In de afsprakenbrief is een passage hierover opgenomen. Bovendien wijst de behandelaar een cliënt aan het begin van een behandeling op het belang van het nakomen van afspraken. “Dit nieuwe beleid levert zeker iets op”, aldus een woordvoerder. “In het eerste halfjaar daalde het aantal no shows met 13 procent.”

 

Bron: Zorgvisie.nl