MediConnect

 

Burn-out, bestaat dat eigenlijk wel?

Steeds meer werknemers zijn ziek door psychische klachten. De term burn-out duikt dan al snel op. Maar bestaat burn-out eigenlijk wel? Of is het psychische vermoeidheid door werk? En maakt het wat uit voor de aanpak?

Larry zakte vlak voor de deur van zijn appartement in elkaar, met vreselijke hoofdpijn, een kloppend hart en duizeligheid. “Eerst dacht ik dat ik een beroerte had gehad”, herinnert hij zich nu, een jaar later. Maar de diagnose van de arts was anders: het burn-outsyndroom. De consulent was ziek van jarenlang overmatig zwoegen.

Als een medewerker het stempel ‘burn-out’ krijgt, komt de oorzaak soms te veel te liggen bij de medewerker in plaats van bij het werk. In de praktijk zitten mensen dan thuis terwijl de ziekmakende situatie op de werkplek niet verandert. Dan kan het gebeuren dat de medewerker herstelt, terugkeert en snel weer ziek wordt. Dat is dweilen met de kraan open. Daarom is het belangrijk om zorgvuldig om te gaan met de term burn-out.

Oorsprong van de term burn-outsyndroom

De term burn-outsyndroom werd bedacht in de vroege jaren 1970 door Herbert J. Freudenberger, een New Yorkse psychoanalyticus. Freudenberger had gemerkt dat zijn eigen baan, ooit zo betekenisvol, hem nu vermoeide en frustreerde. Hij merkte dat hij daarin niet de enige was. Veel van zijn collega’s veranderden na verloop van tijd eveneens in neerslachtige cynici.

Burn-out is een toestand van mentale en fysieke uitputting, veroorzaakt door iemands professionele leven”

Freudenberger zocht daarop naar meer voorbeelden buiten de gezondheidszorg. Hij vond vergelijkbare gevallen in verschillende beroepen. Daarbij viel het hem op dat de mensen die zich opgebrand voelden ook vaak slaapproblemen hadden. Dit leek van invloed op hun emotionele vermoeidheid, uitputting en zelfs gezondheid. Daarnaast vertoonden deze mensen stemmingsschommelingen en kampten zij met concentratieproblemen.

Daarop definieerde Freudenberger het burn-out-syndroom als ‘een toestand van mentale en fysieke uitputting, veroorzaakt door iemands professionele leven’.

Burn-out anno 2023: bestaat de ziekte wel?

Anno 2023 zijn er veel verschillende visies op burn-out. Op basis van de statistieken valt niet goed na te gaan waarin burn-outklachten zich onderscheiden van klachten door andere aandoeningen, zoals diabetes of chronische pijn. Dat komt door de verscheidenheid aan vragen en de diversiteit aan onderzoeken met verschillende manieren van meten en benoemen.

Bovendien bestaat burn-out helemaal niet volgens Christiaan Vinkers, hoogleraar Stress en Veerkracht bij het Amsterdam UMC. Hoe zit dit?

Niet opgenomen in DSM-5

Allereerst is burn-out niet opgenomen in het handboek voor psychiaters, de DSM-5. DSM staat voorDiagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders. In dit handboek staan erkende ziektebeelden op basis van psychische stoornissen. Burn-out komt er niet in voor. Met andere woorden: psychiaters erkennen burn-out niet als aparte ziekte.

Burn-outklachten als slaapstoornis, stemmingswisselingen, prikkelgevoeligheid en vermoeidheid verschillen niet fundamenteel van klachten bij bijvoorbeeld angst. Psychiaters zijn het er bovendien over eens dat een ernstige burn-out niet goed te onderscheiden is van een depressie.

Zo staat in de GGZ-standaard over depressie: “De aandoening leidt vaak tot ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid en kan grote gevolgen hebben voor het gezinsleven en het sociaal functioneren […] De aandoening leidt er meestal toe dat een patiënt zichzelf steeds meer als waardeloos gaat zien.”

Cijfers burn-outklachten lastig te interpreteren

Ten tweede zijn de cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) door de jaren heen presenteerde onder ‘burn-outklachten’ om allerlei andere redenen lastig te interpreteren.

Om te beginnen ligt de lat erg laag om tot de groep met burn-outklachten te behoren, zo schrijft Vinkers. Je hebt al burn-outklachten wanneer je gemiddeld enkele keren per maand scoort. Dit voedde krantenkoppen als ‘1 op de 3 mensen heeft burn-out’. Het probleem is dat we daarmee andere oorzaken van vermoeidheidsklachten over het hoofd kunnen zien.

Burn-outklachten? Psychische vermoeidheid!

Inmiddels heeft het CBS afscheid genomen van de term burn-out. Het schrijft hierover het volgende: “Er is een verbetering doorgevoerd in de naamgeving van één onderwerp. Dit wordt voortaan aangeduid als ‘psychische vermoeidheid door het werk’. Tot 2021 werd dit nog aangeduid als ‘burn-outklachten’.”

Wie nu op de website van het CBS kijkt, ziet dan ook de term ‘psychische vermoeidheid’ (zie ook linker kolom in figuur). De klachten worden gemeten met een variant van de Utrechtse Burn-out Schaal (UBOS), gebaseerd op de Maslach Burnout Inventory (MBI) uit 1981.

Psychosociale arbeidsbelasting werknemers; beroep verpleegkundig specialisten, cijfers van 2014 – 2021, Bron: CBS (Klik op de afbeelding voor een groter beeld).

Wat meet het CBS nu eigenlijk precies?

Met een snelle blik op de cijfers lijkt het aantal mensen – in dit geval verpleegkundig specialisten – met psychische vermoeidheid op het werk te zijn toegenomen. Vinkers adviseert om daar even bij stil te staan. Want wat meet het CBS eigenlijk?

Wie goed kijkt, ziet dat de vragen aan de respondenten waarop deze cijfers gebaseerd zijn, gaan over symptomen. Zoals ‘hoe vaak voelt u zich uitgeput door het werk?’. Dit vormt een risico. Zeker wanneer we daardoor andere oorzaken met moeheid als symptoom over het hoofd zien, zoals diabetes of hartkwalen.

Met alleen een vragenlijst kun je niet komen tot een officiële diagnose, omdat je context mist”

Bovendien, zo stelt Vinkers, kun je via alleen een vragenlijst niet komen tot een officiële diagnose. Simpelweg omdat je de context mist. Daardoor weet je niet waar de moeheid vandaan komt. Met de uitslag kun je niet stellen dat iemand ziek is. Die duidt eerder op een mogelijke disbalans met het werk.

Anders kijken naar burn-out en stress

We moeten dus anders kijken naar burn-out. Volgens Vinkers is burn-out het eindstadium van te veel stress. Daarom moeten we het hebben over stress en niet over burn-out. De kenmerken die we in de praktijk aan burn-out toeschrijven, kun je het beste relateren aan stressreacties, stelt hij. Die stressreacties ontstaan door:

Verwachtingen van de maatschappij.

Hormonen die zorgen voor stressregulatie.

Cultuur, die bepaalt of gedrag moreel juist is of wenselijk.

Op zichzelf kan je werk heel vermoeiend of leuk zijn. Maar de cultuur, je eigen fysieke conditie en de verwachtingen bepalen uiteindelijk of je er stress of energie van krijgt. Daarbij zijn bepaalde verwachtingen van invloed op iemands fysieke en mentale processen, en na verloop van tijd op zijn gezondheid. Hormonen zijn van invloed op de persoonlijke beleving. En daarmee op de situatie en op hoe je omgaat met uitdagingen.

Soms komt het voor dat stressbronnen zich in de loop der tijd opstapelen. Het lichaam kan alle gebeurtenissen dan niet meer in evenwicht brengen. Dan kan een laatste druppel de trigger zijn om te ‘knappen’. Dat zorgt voor een heftige stressreactie. Het ziet iemand dan zwart voor de ogen en hij kan geen stap meer zetten.

Volgens Vinkers kun je burn-outklachten daarom zien als een normale reactie op een stressvolle situatie. Dan moeten we dit geen burn-out noemen, maar stress.

Voorbeeld: gestapelde stressrisico’s

“Sorry dat ik me even laat gaan”, vertelt Jolanda. “Voor het gesprek had ik me zo voorgenomen om niet emotioneel te worden. Het is mij allemaal even te veel. Net voor de lockdown nam ik deze baan als leidinggevende aan. Daarna kregen we ook nog een pleegkind, omdat mijn zus het niet meer aankon. Een heel lief kind hoor, we hebben er geen extra werk aan, maar toch. En tot overmaat van ramp zit mijn man al maanden zonder werk, omdat de culturele sector op zijn gat ligt.”

Arbodeskundige moet klachten serieus nemen

Ook arbo-kerndeskundigen worstelen met het onderwerp burn-out. Over burn-out als beroepsziekte was in 2019 verwarring. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) liet aanvankelijk weten dat burn-out werd erkend als beroepsziekte. Maar in hun communicatie maakten ze een fout: burn-out is niet gedefinieerd als beroepsziekte, maar als een ‘werkfenomeen’. De verwarring blijkt uit de terughoudendheid van bedrijfsartsen om burn-out te duiden als beroepsziekte.

Hoe je de symptomen ook noemt, mensen hebben klachten die je serieus moet nemen”

Los van de discussie of burn-out een (beroeps)ziekte is of niet, is het belangrijk om mensen bij te staan. Want hoe je de symptomen ook noemt, burn-out of psychische vermoeidheid door werk, mensen hebben klachten. Wanneer de oorzaken in het werk liggen, hebben we als arbo-kerndeskundigen de taak om deze serieus te nemen.

Ook volgens het Arbobesluit heeft de arbodienstverlening een belangrijke taak. “Professionele dienstverlening onderkent en beoordeelt de gevaren, zowel van het technisch systeem als van de organisatie en het menselijk gedrag, waarbij tevens binnen het bedrijf of de inrichting plaatsgevonden gebeurtenissen worden betrokken.”

Multifocaal kijken voor passende aanpak

Binnen organisaties overzien leidinggevenden of HR-adviseurs soms niet goed wat zij kunnen verwachten van de verschillende arbo-adviseurs. En welke taken zij precies hebben. Bovendien heeft iedere expert een eigen manier van kijken. De ene adviseur kiest voor een individuele benadering, de andere richt zich meer op het teamverband of de organisatie.

Arbo-adviseurs opereren vaak los van elkaar en dat kan zorgen voor verkeerde diagnoses. Ook bij psychische vermoeidheid door werk. De oplossing ligt bij die arbo-adviseurs zelf, namelijk: multifocaal kijken. Maar dat lukt alleen wanneer arbo-experts in de praktijk samenwerken, de situatie kennen en de cliënt als een volwaardige persoon zien. Dan openen ze de weg naar passende maatregelen. Een voorbeeld (zie kader) maakt dit duidelijk.

Voorbeeld: een bredere blik

Op een middag bij een arbodienst, tijdens een terugkoppeling over de uitslag ‘burn-out’ van het arbeidsgezondheidskundig onderzoek. Een vrolijk ogende dame van in de veertig vraagt: “Heb jij dat ook weleens? Ik ben misselijk en het voelt alsof mijn bh veel te strak zit.” De arboverpleegkundige herkent de symptomen van een hartinfarct (bij vrouwen). Zij waarschuwt meteen een bedrijfsarts. Die belt even later terug. “Wat goed dat je breder keek en haar doorverwees. Ze is zojuist met een ambulance naar het ziekenhuis gebracht.”

Soms blijft de medewerker vastzitten in een hulpvraag en krijgt de bedrijfsarts het probleem niet helder. Dan kan het helpen om de situatie te laten onderzoeken door een A&O-deskundige. Of om de cliënt te laten begeleiden door een bedrijfsmaatschappelijk werker.

Zonder een constructieve samenwerking zal een aanpak van psychische vermoeidheid als los zand aan elkaar hangen. Want soms is stress de oorzaak van vermoeidheidsklachten. Maar soms ook niet.

Cecile de Roos | oprichter A&O-opleiding bij Hollands College, docent en zelfstandig arbeids- en organisatiedeskundige. Onlangs verscheen haar boek Stress zit niet tussen je oren.

 

Bron: arbo-online.nl