MediConnect

 

Brabantse vvt leert burgers simpele zorgtaken zelf uit te voeren

Door de opgerekte interpretatie van zorg komen steeds meer taken op het bordje van de zorgprofessional terecht. Met een regionale aanpak willen Brabantse vvt-organisaties inwoners zelfstandiger maken en tijd vrijspelen voor essentiële zorg. Met verpleegkundigen in de lead werd er in één week een nieuwe klantenreis voor zelfstandig oogdruppelen uit de grond gestampt. “Wanneer zorgprofessionals vrijheid krijgen en niet iedereen er een plasje over hoeft te doen, kan er tempo gemaakt worden”, vertellen aanjagers Sanne van Beek en Linda van Puijenbroek.

De regio-aanpak ontstond in 2022 bij vvt-aanbieder Thebe. Tijdens een managementconferentie met de verpleegkundige adviesraad (VAR) stond de toekomstagenda 2030 op het programma. “Daar werd veel te moeilijk en hoogover gedacht”, herinnert Sanne van Beek, wijkverpleegkundige en VAR-raadslid, zich. “Op de werkvloer zien zorgprofessionals hoe het anders kan. Het kan veel simpeler door te stoppen met niet-verpleegtechnische handelingen.”

Carte blanche

Een week voor die vergadering was Van Beek nog bij een man geweest die een staaroperatie achter de rug had. “De intake, registratie, reistijd en uitleg over het gebruik van de druppelbril kostte mij een uur tijd. Door hiermee te stoppen, kunnen we mensen zelfredzamer maken en onze tijd besteden aan meer essentiële zorg.” De raad van bestuur gaf de VAR-leden carte blanche om hun idee uit te werken. De verpleegkundigen inventariseerden verschillende ideeën die mensen meer zelfredzaam kunnen maken. Eén van de ideeën was een nieuwe werkwijze rond oogdruppelen. Daarvoor moest de VAR alle ketenpartners en vooral andere vvt-organisaties meekrijgen. “Als alleen Thebe met een handeling stopt, kloppen burgers bij collega-organisaties aan en komt de boodschap niet over. We kunnen de verwachtingen over de zorg alleen veranderen als de hele keten uitlegt waarom bepaalde handelingen niet meer door zorgprofessionals worden verricht”, zegt Linda van Puijenbroek, mede-aanjager en coördinator zorgteams bij Thebe.

Om de neuzen dezelfde kant op te laten wijzen, lobbyde de Thebe-bestuurders aan de regionale transitietafels VVT West- en Midden-Brabant. De VWS-subsidie Veerkracht en Zeggenschap bood de VAR de tijd en ruimte om het voortouw te nemen en de samenwerking te zoeken met burgers, huisartsen, ziekenhuizen, verzekeraars en apothekers. Vanuit de transitietafel werden middelen vrijgemaakt om een bureau in handen te nemen die de VAR middels design thinking begeleidde.

Sprintweek

Met afgevaardigde huisartsen, apothekers, oogartsen, vvt-organisaties en in afstemming met zorgverzekeraar VGZ organiseerden de verpleegkundigen een sprintweek. In verschillende sessies werd een nieuwe klantreis voor zelfstandig oogdruppelen ontwikkeld. “Daarvoor begonnen we met de huidige klantenreis, betrokken partijen en rollen. Vervolgens brainstormden we over de wenselijke situatie. Daarbij kwam de portemonnee niet ter sprake”, aldus Van Puijenbroek. Het leidde tot een nieuwe klantreis, die bij de achterban werd getoetst en bijgeschaafd. Diezelfde week werd er ook voorlichtingsmateriaal – zoals een instructiekaart, Q&A voor gebruikers, een oogdruppelschema en de klantreis – ontwikkeld en getest bij burgers. “Doordat we het op de werkvloer gewoon gingen doen en niet iedereen zijn plasje erover deed, konden we tempo maken”, stelt Van Beek.

Op 1 april 2023 startte de nieuwe werkwijze en werden alle zorgprofessionals, inwoners en intramurale cliënten geïnformeerd. Tijdens de nulmeting bleek elke vvt-organisatie zo’n 19 uur per dag aan menskracht kwijt te zijn voor oogdruppelzorg. Een jaar na dato kunnen zo’n 40 tot 45 procent van de (oud) wijkzorgcliënten en inwoners zelf oogdruppelen door de oogdruppelbril. “Binnen het servicecentrum van de vvt-organisaties komen er nauwelijks meer oogdruppelaanvragen binnen. Daardoor kunnen we als zorgprofessionals meer tijd besteden aan essentiële zorg en hoeven we minder nee te verkopen”, vertelt Van Puijenbroek. Daarnaast leidt de werkwijze tot bewustwording bij zorgprofessionals over de inzet van andere hulpmiddelen om inwoners zelfredzamer te maken. Burgers ervaren volgens de evaluatie meer regie en vrijheid, omdat ze niet meer op de wijkverpleging hoeven te wachten.

Knelpunten

Tegelijkertijd vinden sommige inwoners, mantelzorgers, huisartsen en intramurale zorgprofessionals en cliënten het jammer dat de werkwijze tot minder contactmomenten leidt. “Of inwoners vinden dat ze recht op zorg hebben omdat ze een dikke zorgpremie betalen. Door in gesprek te gaan en te vertellen dat andere mensen met een essentiële zorgvraag anders niet geholpen kunnen worden, ontstaat er begrip”, aldus Van Beek. Een ander knelpunt is de vergoeding van de bril, die 15 euro kost. “Veel inwoners kunnen dat missen, maar voor mensen die van de Voedselbank leven, vormt dat een drempel.” Daarom probeert de VAR de bekostiging onderwerp van gesprek te houden. “Dat is een taai proces. Terwijl de rekensom heel simpel is: een oogdruppelbril is goedkoper dan vier keer voorrijden als wijkverpleging.”

Werkwijze uitbreiden

Tijdens de regiobijeenkomsten met inwoners en zorgprofessionals zijn nieuwe, bruikbare ideeën verzameld om de komende jaren mee aan de slag te gaan. “In het nieuws ligt de focus vooral op de personeelstekorten. Eigenlijk hebben we een groot maatschappelijk probleem doordat we nog steeds veel niet verpleegtechnische ondersteuning bieden die burgers zelf kunnen. Als we alleen nog essentiële zorg leveren, wordt een groot deel van de personeelstekorten opgevangen”, stelt Van Beek. Daarom willen de Brabantse vvt-organisaties ieder jaar tot twee nieuwe, regionale werkwijzen komen.

Afgelopen december is de nieuwe werkwijze ‘steunkousen aandoen kunt u zelf’ gestart. Eenduidige werkafspraken rond medicijndispensers, zalfsmeren, zwachtelen en een andere werkwijze rond persoonlijke verzorging staan op de wensenlijst. Met het ETZ werkt de regio samen aan samenredzaamheid voor ontslagen patiënten. “Door patiënten in een oefenlokaal iets aan te leren, zoals toediening van sondevoeding, kan veel wijkzorg worden afgevangen.”

Maatschappelijk debat

Een jaar na dato is het initiatief op meerdere plaatsen in het land gekopieerd. Ook met andere onderwerpen. “De kracht van dit verhaal is dat de werkwijze vanaf de werkvloer is ontwikkeld. Daarnaast vormen de vrijheid van de VAR, het bestuurlijke commitment en de regionale aanpak belangrijke succesfactoren”, aldus Van Puijenbroek. Vanuit Den Haag wenst het duo een eenduidige boodschap over wat burgers in de toekomst mogen verwachten van de zorg. “Daarmee worden zorgprofessionals beschermd tegen onrealistische verwachtingen en kunnen we de mensen helpen die ons wél nodig hebben.”

 

Bron: Zorgvisie.nl