MediConnect

 

Werkstress voorkomen: leg jezelf eens aan de oplader

Mensen met burn-outklachten geven in veel gevallen werkstress als reden op. Echter, het probleem is meestal niet (alleen) dat ze te veel energie verbruiken, maar dat ze te weinig opladen. Wat kan de arboprofessional doen om werkstress te voorkomen?

Met de schaarste op de arbeidsmarkt is werkdruk bijna een gegeven. Medewerkers minder of lichtere taken geven is dan niet altijd haalbaar en bovendien vaak niet de beste oplossing. Kijk liever naar waar medewerkers energie van krijgen – op het werk maar zeker ook daarbuiten, aldus Annemieke van Vliet, bedrijfsarts bij Arbo Unie. Wacht daarbij niet tot de zomerperiode – maar vergeet deze ook zeker niet.

Hoe gebruik je de vakantieperiode om echt op te laden?

“De belangrijkste tip om bij te kunnen komen op vakantie, is om niet meteen te vertrekken nadat je je laptop hebt afgesloten,” zegt Arbo Unie-psycholoog Bas Olde Bijvank. “Als mensen al een hele tijd in de overlevingsstand staan en ze zijn eindelijk vrij, komt alle opgebouwde spanning eruit. Daarom is het verstandig om even rust te nemen voor je vakantie start. Anders is de overgang zo groot dat je het risico loopt dat je tijdens je vakantie ziek wordt.”

Voor mensen die echt op een vakantie wachten om bij te komen, is er slecht nieuws: “Als je ál je ontspanning van je vakantie moet hebben, is dat niet goed. Probeer ook buiten de vakantie om af en toe een adempauze te nemen. Zeker als je een tijdje flink hebt doorgeknald. En als je terugkomt van weggeweest, neem dan even de tijd om weer te acclimatiseren. Dan kan je daarna weer helemaal opgeknapt aan de slag.”

Meer werkenergie door zingeving en ontspanning

De ervaring leert dat als mensen uitvallen met stressklachten, er bijna altijd een meerdere factoren meespelen. Die hoeven niet alleen te maken te hebben met werk. Vaak spelen ook privéomstandigheden en persoonlijke eigenschappen een rol. Om stressklachten tegen te gaan en te voorkomen dat mensen opbranden, is het dan ook belangrijk om verder te kijken dan de werksituatie.

Annemieke van Vliet: “Wij werken daarom aan de hand van het work-home-resources-model, dat een bredere insteek heeft dan de gangbare benadering van stress. Dit richt zich bovendien niet alleen op het wegnemen van stressfactoren, maar juist ook op het aanboren van energiebronnen.”

Energie opladen om veerkracht te vergroten

De achterliggende gedachte is dat het probleem meestal niet (alleen) is dat mensen te veel energie verbruiken, maar dat ze te weinig opladen. “Die energie hoef je niet alleen uit je werk te halen”, zegt Annemieke. “Ook daarbuiten kun je energiebronnen aanboren die je veerkracht in je werk vergroten. Dat kan van alles zijn: sport, cultuur, wandelen, vrijwilligerswerk.” Geef medewerkers die ruimte.

Door privé-activiteiten meer energie voor je werk

Annemiek noemt als voorbeeld dat zij zelf voorleest aan kinderen van migratiegezinnen om hun taalkennis te vergroten. “Mooi om te zien hoe ze gaandeweg beter gaan lezen, een grotere woordenschat ontwikkelen, makkelijker communiceren, met mij maar ook op school. Daar haal ik veel voldoening uit. En doordat ik tijd maak voor zingeving, beweging en ontspanning buiten werktijd, heb ik meer energie voor mijn werk met cliënten. Zo werkt dat: als je privé-activiteiten ontplooit waar je van oplaadt, heeft dat positieve impact op je functioneren.”

Rol van het team en de leidinggevende

Dat geldt ook andersom: stressfactoren thuis zoals verliessituaties, opvoedproblemen, financiële misère of ziekte, hebben hun weerslag op het werk. Wat in zo’n geval helpt is als iemand op het werk sociale steun en verbinding ervaart van leidinggevenden en collega’s. Dat zorgt ervoor dat een medewerker ook het werk beter aankan, ondanks de situatie thuis.

Informeer ook eens hoe het écht met iemand gaat

“Het belangrijkste daarbij is dat je in het team op de hoogte blijft van elkaar, zodat je weet wat er speelt en elkaar tips kan geven. Het is voor werkgevers vaak makkelijker om te sturen op werkfactoren als het om stress gaat, maar ook op privéfactoren kun je invloed hebben. Dat begint bij die betrokkenheid en het inzicht in waar collega’s mee rondlopen.

Bij regelmatig informeren hoe het écht met iemand gaat en te toetsen of er behoeften zijn. Dan kun je ook meedenken over oplossingen, bijvoorbeeld over extra verlofmogelijkheden, aangepaste werktijden of begeleiding van een bedrijfsmaatschappelijk werker of psycholoog. En zo kun je helpen verzuim te voorkomen,” aldus Annemieke.

 

Bron: Arbo-online.nl